Een mailtje of een telefoontje met een vraag. Een vraag over de aangifte erfbelasting na het overlijden van haar man, een vraag over het testament van haar ouders, een vraag over wie de gemachtigden zouden moeten zijn in zijn levenstestament, een verzoek om een familiegesprek te begeleiden om de afwikkeling van de erfenis van vader op gang te brengen, een vraag over een testament waarin de erfenis eerlijk verdeeld wordt over de kinderen.
Allemaal vragen die de laatste drie maanden voorbij zijn gekomen aan mijn keukentafel of die van de vragensteller. Het blijft bijzonder om op die manier een inkijkje te krijgen in het leven van een persoon, gezin of familie. Soms gaat dat gepaard met veel emoties. Paniek om het niet weten hoe het moet, moeheid van de lange duur van mantelzorg, onzekerheid over het wel goed doen, humor om de gekkigheid die er was en is, boosheid om het niet gezien worden, schaamte om wat er lang geleden is gebeurd, verdriet om de eenzaamheid, opluchting omdat er iemand is die kan helpen.
Twee weken geleden kwam er een meneer die de concrete vraag niet meteen stelde omdat hij wilde voelen of een samenwerking met mij wel klopte voor hem. Aan mijn keukentafel met een kopje koffie vertelde hij over het overlijden van zijn moeder. Hoe ze in een verpleeghuis terecht was gekomen, hoe haar geheugen steeds verder achteruitging, hoe hij iedere week 150 km heen en 150 km terug reed om haar op te zoeken en haar was te verzorgen. Uiteindelijk stelde hij zijn vragen toch. Ik weet niet eens meer precies waar het om ging. In ieder geval waren het vragen waar ik direct antwoord op kon geven. Daar was een formele samenwerking niet voor nodig.
Hij was opgelucht dat het zo simpel was en dat hij de moeite had genomen om hulp te vragen. Dat scheelde hem veel gepieker en getwijfel. Daarmee kwam er ruimte om een ander onderwerp aan te snijden. Ik stelde hem de vraag die ik meestal stel aan mensen die ik niet ken: hoe heb je mij als nalatenschapscoach gevonden? Hij zag in een wijkkrantje mijn zakelijke prikbordadvertentie. Natuurlijk fijn om te horen dat een advertentie iets oplevert. Het bijzondere is dat ik al veel langer adverteer in dat krantje. Maar dan met een ‘echte’ advertentie, in kleur en met mijn logo. Daar kreeg ik nooit een reactie op. Sinds ik een advertentie zet met maximaal 200 tekens, zwarte letters, zonder een plaatje, tussen heel veel andere advertenties in, krijg ik juist heel regelmatig reacties.
Tijdens het gesprek met deze meneer werd het me duidelijk. Zo’n informele advertentie past bij mij en mijn manier van werken. Op een informele manier informatie delen, er voor iemand zijn, op een laagdrempelige manier. Aan zijn of mijn keukentafel. Dit laatste heb ik meteen ook in de tekst van mijn website gezet. Omdat het zo is en bij mij past.